Polyvagaal theorie

Met de polyvagaaltheorie kan ik jou helpen om te onderzoeken hoe jij of jouw lichaam reageert in bepaalde situaties en wat daar mogelijk de oorzaak van is. Hierdoor zal je jouw klachten beter begrijpen en meer in staat zijn om jouw automatische patronen te doorbreken en te herstellen.

De polyvagaaltheorie legt uit hoe het autonome zenuwstelsel werkt bij signalen van veiligheid en onveiligheid zoals stress en trauma. Eerdere ervaringen (veilig of onveilig) die we in ons leven hebben op gedaan bepalen ons gevoel van veiligheid en de wijze waarop ons autonome zenuwstelsel daarop reageert. Het autonome zenuwstelsel bepaalt door deze eerdere ervaringen hoe je onbewust en automatisch op situaties (o.a. met anderen) reageert, hoe je je lichaam beleeft en hoe je jouw leven ervaart.

De polyvagaaltheorie is ontwikkeld door Stephen Porges.
Deze neurowetenschapper legt onder andere uit hoe stress en trauma (onveiligheid) het autonome zenuwstel kunnen ‘ontregelen’. Porges legt hiermee een verband tussen een ‘ontregeld’ autonoom zenuwstelsel en allerlei psychische en/of lichamelijke klachten zoals spanning, angst, aanhoudende lichamelijke klachten, burn-out, slaapproblemen en depressie.

Hieronder zal ik nader ingaan op onderwerpen uit de Polyvagaaltheorie die ik belangrijk vind in relatie tot de psychosomatische therapie.

Autonome zenuwstelsel
Het autonome zenuwstelsel is het deel van het zenuwstelsel dat automatisch allerlei functies van het lichaam regelt zonder dat je je daarvan bewust bent. Zoals bijvoorbeeld de hartslag, de ademhaling, de algehele spierspanning en de spijsvertering. Dit zenuwstelsel beoordeelt voortdurend of we ons in een risicovolle situatie bevinden. Bewust én onbewust pikken we continu signalen op van veiligheid of gevaar. Het autonome zenuwstelsel reageert op deze signalen met verschillende automatische beschermingssystemen van verbinding of bescherming.

Beschermingssystemen
De polyvagaaltheorie (waarbij ‘poly staat voor ‘meer’) gaat er van uit dat ons autonome zenuwstelsel meerdere beschermingssystemen hanteert wanneer we ons veilig of onveilig voelen. Eén systeem van verbinding en 2 systemen van bescherming. De 3 systemen functioneren in een bepaalde volgorde die afhankelijk is van wat op dat moment nodig is om te overleven. We kiezen deze systemen niet vrijwillig; deze worden onbewust aangestuurd door het autonome zenuwstelsel.

  • Veilig verbonden systeem
    Het veilig verbonden systeem is actief wanneer je je veilig voelt d.m.v. verbinding en sociale betrokkenheid. Door ons te verbinden met anderen creëren we een gedeeld gevoel van veiligheid en vertrouwen. Pijn en verdriet worden erkend en verwerkt in dit systeem. Je kunt helder denken en er is verandering mogelijk. Een toestand waarin groei, herstel en ontspanning kan ontstaan.
  • Vecht/vlucht systeem
    Het vecht/vluchtsysteem is actief bij (dreiging van) gevaar. Dit systeem wordt ook wel het mobilisatiesysteem genoemd en zorgt ervoor dat je in actie kunt komen om jezelf te beschermen en te overleven. Jouw hartslag, adem en spierspanning gaan omhoog. Je bent overmatig waakzaam, onrustig, angstig of boos. Om te overleven verdringt het vecht/vlucht systeem het veilig verbonden systeem. Als jouw autonome zenuwstelsel dit systeem te vaak activeert kun je klachten ervaren zoals: overspanning, onrust, piekeren, hyperventilatie, angst, paniek, kort lontje, aanhoudende  lichamelijke klachten, slaapproblemen.
  • Systeem van immobilisatie
    Het immobilisatiesysteem wordt actief als het gevaar te groot wordt, bijvoorbeeld in een levensbedreigende situatie. Als het niet lukt om te vechten of te vluchten en er geen enkele uitweg lijkt te zijn, dan reageert het zenuwstelsel met een overlevingstoestand van immobilisatie door terugtrekken, bevriezen (freeze) of ineenstorting. Het bewustzijn wordt minder om je te beschermen tegen lichamelijke en psychische pijn. Je bent afgesloten van jezelf en van anderen. Verdwijnen in een toestand van niet weten, niet voelen en niet meer bestaan. Om te overleven verdringt dit systeem de twee bovenstaande systemen. Als jouw autonome zenuwstelsel dit systeem te vaak activeert kun je klachten ervaren zoals: burn-out, depressie, eenzaamheid, dissociatie, black-out, wegrakingen, chronische buikklachten.

Nervus Vagus
De beschermingssystemen bevinden zich binnen ons zenuwstelsel op verschillende plekken in het brein en in het lichaam. De verbinding tussen het brein en het lichaam verloopt via de nervus vagus. Dit is een belangrijke hersenzenuw in het autonome zenuwstelsel waar de naam Polyvagaal naar refereert.  De nervus vagus verbindt de hersenen met organen in de borstkas (adem, hartslag) en in de buik (spijsvertering).

Individuele verschillen door ervaringen
De wijze waarop deze drie mechanismen tot uitdrukking komen in een bepaalde situatie, verschilt van mens tot mens. Ervaringen van veiligheid en van gevaar die je in je leven op doet, worden opgeslagen in de automatische systemen van het brein en het lichaam. Zo kunnen ervaringen van stress en trauma ervoor zorgen dat bij iemand het veilige verbonden systeem minder ontwikkeld en snel ‘uitgeput’ is, waardoor iemand al gauw in de systemen van bescherming terecht komt. Ieder mens ontwikkelt hierin zijn eigen persoonlijke patronen in emotionele reacties, lichamelijke reacties, overtuigingen en gedragingen. Deze persoonlijke patronen van verbinding of bescherming liggen verankerd in het autonome zenuwstelsel.

Vroegkinderlijke ervaringen
Vroegkinderlijke ervaringen zijn van invloed op het autonome zenuwstelsel van het kind en creëren vaste patronen in de systemen van verbinding of bescherming. Herhaaldelijke ervaringen van verbinding van moeder en kind (co-regulatie) vormen het veilig verbonden systeem van de baby. Het verbinden, verbreken van verbinding en weer opnieuw verbinden zorgt voor een stevige veilige basis. De aanwezigheid van een betrouwbare stabiele ‘ander’ zorgt voor het ervaren van veiligheid en verbondenheid. De situatie kan zich voordoen dat in het gezin een gebrek is aan afstemming en er geen ervaringen zijn met hoe verbindingen worden hersteld. Dan reageert het zenuwstelsel van het kind daarop met het ontwikkelen van eigen patronen van bescherming. Vroegkinderlijk trauma kan tot in de late volwassenheid leiden tot diverse psychische stoornissen, psychosomatische klachten en sociale problemen. Zonder behandeling wordt deze ‘erfenis’ doorgegeven van generatie op generatie.

Trauma ervaringen
Ook na de vroegkinderlijke ervaringen kan er iets gebeuren wat te overweldigend is voor het veilig verbonden systeem (trauma). Daardoor zoek je niet langer naar verbinding maar is de focus gericht op mobilisatie en overleven in het vecht/vluchtsysteem. Jouw lichaam bereidt zich voor op actie en het vermogen tot complex en flexibel nadenken neemt af. Als de werking van het vecht/vluchtsysteem je niet in veiligheid brengt, dan verval je in de primaire toestand van overgave en ineenstorting. Je wordt gevoelloos, je sluit je af, je “dissocieert.” Veel slachtoffers van bijv. geweld of misbruik hebben schuldgevoelens over het feit dat ze zich niet (heviger) hebben verzet. De reactie op levensbedreigende gebeurtenissen is echter géén vrijwillige keus; deze wordt onbewust aangestuurd door het autonome zenuwstelsel.

De aanwezigheid van een ‘veilige ander’ tijdens of kort na de gebeurtenis(sen) heeft veel invloed op het wel of niet kunnen verwerken van de overweldigende emotionele of fysieke pijn en op het ontstaan van trauma. Steun en verbinding voelen in een veilige omgeving en ervaren dat je serieus genomen wordt, is van cruciaal belang om de spanning en emotie te kunnen ontladen. Daarbij zijn eerder opgedane (vroegkinderlijke) ervaringen van veiligheid en onveiligheid van invloed op het wel of niet ontwikkelen van een trauma. Als het trauma niet in veiligheid en verbinding verwerkt wordt, kan het autonome zenuwstelsel ontregeld raken.

Trauma ontregelt het autonoom zenuwstelsel
Ervaringen van (vroegkinderlijk) trauma die je in je leven opdoet, worden vaak onbewust opgeslagen in de automatische systemen van het brein en het lichaam. Spanning, woede, angst en verdriet kunnen als ‘verborgen ladingen’ het autonoom zenuwstelsel ontregelen. Een ontregeld autonoom zenuwstelsel staat (als gevolg van trauma) te scherp afgesteld op het signaleren van onveiligheid en gevaar. Hierdoor worden er onnodig te veel signalen of onterechte signalen opgepikt uit de omgeving, uit de interactie met anderen of uit het lichaam zelf. In dat geval reageert het zenuwstelsel met een systeem van bescherming op een gevaar dat er in werkelijkheid niet is. Door deze te grote waakzaamheid reageert het brein en het lichaam overgevoelig en overprikkeld waardoor je onnodig te veel spanning, angst, pijn of vermoeidheid ervaart.

Triggers
Bij een ontregeld autonoom zenuwstelsel kunnen dagelijkse situaties onbewust een trigger zijn waardoor je je opeens en eigenlijk onterecht onveilig voelt. Dat kan verband houden met grote pijnlijke gebeurtenissen of traumatische ervaringen in het verleden. Dan kan het zijn dat je ‘te heftig’ reageert op normale dagelijkse situaties. Je voelt je bijvoorbeeld snel aangevallen, afgewezen, niet gezien, niet begrepen of buiten gesloten. Ook kan het zijn dat je juist ‘te mat’ reageert met een afgevlakt of afgestompt gevoel. Emotionele reacties, lichamelijke (pijn)reacties, overtuigingen en gedrag zijn dan vaak ‘buiten proportie’.

Psychosomatische klachten
Het autonoom zenuwstelsel dat door stress en trauma ontregeld is geraakt, kan zich uiten in allerlei psychosomatische klachten zoals onrust, spanning, angst, paniek, aanhoudende lichamelijke (pijn)klachten, vermoeidheid, burn-out, slaapproblemen en depressie. Veel mensen met psychosomatische klachten zijn zich niet bewust van het opgedane trauma dat zich in het brein en lichaam vasthoudt.

Behandeling
Tijdens de behandeling leer je de automatische patronen van de beschermingssystemen die bij jou optreden herkennen. Dit geeft belangrijke inzichten over jezelf waardoor je leert realistisch waar te nemen. Via lichaamsgerichte oefeningen en traumabehandeling leer je weer terug te keren naar het systeem van veiligheid en verbinding. Als therapeut zorg ik voor een veilige behandelsetting en stem ik in mijn behandeling op jou af met betrokkenheid en verbinding waardoor je nieuwe ervaringen van veiligheid kunt beleven. Alleen in een toestand van veiligheid en verbondenheid is verwerking, herstel en groei mogelijk. Het zenuwstelsel leert van ervaringen. Door nieuwe, andere ervaringen op te doen, kan het zenuwstelsel opnieuw worden vormgegeven waardoor je kunt herstellen.

Bekijk een educatiefilm over de Polyvagaaltheorie.

De polyvagaaltheorie wordt omarmd door ontwikkelaars van lichaamsgerichte traumatherapie- en theorie zoals Bessel v.d. Kolk en Peter Levine. Wereldwijd wordt de polyvagaaltheorie ingezet door therapeuten en artsen die zich richten op de behandeling van stress en trauma.

 

Heb je een vraag of wil je een afspraak maken, neem gerust contact (link pagina contact) op.